Network


Latest external collaboration on country level. Dive into details by clicking on the dots.

Hotspot


Dive into the research topics where Jaap Maas is active.

Publication


Featured researches published by Jaap Maas.


AIDS | 1998

Presence of the variant mannose-binding lectin alleles associated with slower progression to Aids

Jaap Maas; A.-M. De Roda Husman; M.C. Brouwer; A. Krol; R. A. Coutinho; Ireneus P. M. Keet; R. van Leeuwen; Hanneke Schuitemaker

Objective:To examine the association between mannose-binding lectin (MBL) polymorphism and progression to AIDS and death in HIV-1 infection. Design and methods:In 131 HIV-1-infected homosexual seroconverters, survival analyses were performed to determine both the association between MBL genotype and time from HIV-1 seroconversion to AIDS and death, and time from AIDS to death. Results:Of the 131 seroconverters, of whom 61 developed AIDS, 76 were typed as homozygous wild-type and 55 as carriers of variant alleles (52 heterozygous and three homozygous variant alleles). A Survival analyses suggested that HIV-1-infected men with the variant alleles progressed somewhat slower to AIDS [relative hazard (RH), 0.62; 95% confidence interval (CI), 0.36–1.10] and death (RH, 0.73; 95% CI, 0.42–1.25). Interestingly, CD4+ T-cell count determined at the moment of AIDS was found to be significantly lower among persons with the mutation (97 × 106/l versus 204 × 106/l; P = 0.03). Furthermore, when AIDS-free times before the diagnosis of an opportunistic infection were compared with those preceding a diagnosis of Kaposis sarcoma, Kaposis sarcoma diagnosis was more postponed than that of an opportunistic infection (RH, 0.21; 95% CI, 0.05–0.95; versus RH, 0.67; 95% CI, 0.35–1.27). Conclusion:Indications for a weak pre-AIDS protective effect of variant MBL alleles were demonstrated.


AIDS | 2000

Strong association between failure of T cell homeostasis and the syncytium-inducing phenotype among HIV-1-infected men in the Amsterdam Cohort Study

Jaap Maas; Stephen J. Gange; Hanneke Schuitemaker; Roel A. Coutinho; R. van Leeuwen; Joseph B. Margolick

ObjectiveTo assess the association between T cell homeostasis and its failure and 1.) the occurence of AIDS and 2.) the switch from the non-syncytium-inducing (NSI) to the syncytium-inducing (SI) HIV virus phenotype. MethodsFor each of 325 homosexual men in the Amsterdam Cohort Study, the slope of the CD3 T cell count versus time was determined. The timing (T cell inflection point (IP)) and magnitude of the change in slope were correlated with the time of the NSI/SI switch. ResultsMedian T cell slopes before the IP (pre-IP) were nearly zero regardless of whether AIDS occurred; the slopes after the IP (post-IP) were associated with clinical outcomes, with a median annual decline of 17.6% among those who developed AIDS and increase of 4.6% in those remaining AIDS free. Among subjects considered to have a true IP (decline > 8.2%/year post-IP), the times of the SI switch and the IP slope were highly correlated (r = 0.65); among those with AIDS, the SI switch preceded the IP by a median of 0.63 years. ConclusionThese results support the concept of blind T cell homeostasis and also suggest that HIV-1 SI variants play an important role in the failure of T cell homeostasis.


International Journal of Hygiene and Environmental Health | 2002

Amsterdam Cohort Study on HIV and AIDS: impact of exposure to UVR as estimated by means of a 2-year retrospective questionnaire on immune parameters in HIV positive males

Jaap Maas; Fabian Termorshuizen; Ronald B. Geskus; Wim Goettsch; Roel A. Coutinho; Frank Miedema; Henk van Loveren

We studied a group of HIV-infected homosexuals who participated in the Amsterdam Cohort Study on HIV and AIDS to investigate whether greater exposure to sunlight is associated with a less favorable course of some important immunological parameters. This was done because ultraviolet radiation (UVR) is potentially harmful to the cellular immunity and may enhance viral replication. The exposure to UVR was estimated by means of a 2-year retrospective questionnaire in 1997. Both a 2-year cumulative estimate and estimates by 3-monthly episodes were calculated. The associations with CD4+ T-cell count, CD4+/CD8+ T-cell ratio, and T-cell reactivity were investigated. First, the associations between the cumulative estimate and the individual slopes of these parameters during the 2 years covered by the questionnaire were explored by means of a robust regression analysis. Secondly, the short-term association with the estimate by episode was examined by means of a linear mixed-effect model for repeated measurements (LME). No statistically significant associations with the cumulative estimate were found. Although a trend to lower values of the immunological parameters studied after short-term greater exposure in the LME model was observed, the differences were not statistically significant either. These findings suggest that exposure to sunlight does not have a suppressive effect on the above mentioned immunological parameters in HIV-infected persons.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2013

GGD-arts en bedrijfsarts: de een kan niet zonder de ander

Jaap Maas; Harry Stinis; Helma Ruijs

braken kruist het pad van de GGD-arts dikwijls dat van de bedrijfsarts, met name bij gezondheidsinstellingen en in de kinderopvang. De rolverdeling lijkt op het eerste gezicht duidelijk: de GGD-arts is er voor de publieke gezondheidszorg en moet voorkomen dat de infectie zich verder verspreidt, terwijl de bedrijfsarts er is voor de gezondheid van de werknemers. In werkelijkheid echter, is cliëntof productveiligheid niet los te zien van werknemersveiligheid; biologische agentia maken nu eenmaal geen onderscheid tussen burgers en werknemers. Je zou dan ook verwachten dat er wordt samengewerkt, maar de praktijk is anders: vaak is de bedrijfsarts voor de GGD-arts onzichtbaar en sommigen spreken zelfs van verschillende werelden en paradigma’s. De bestrijding van infectieziekten is zo sterk als de zwakste schakel. En aangezien veel infectieziekten werkgerelateerd zijn, is het voor zowel GGD-arts als bedrijfsarts be langrijk om inzicht te hebben in elkanders speelveld. In dit artikel schetsen wij een overzicht van de GGD-wereld en komen de verschillende wettelijke uitgangspunten van de bedrijfsgezondheidszorg en de zorg voor de volksgezondheid aan de orde. Tevens is er een korte beschrijving van het Landelijk Overleg Infectieziekten (LOI) van 6 november 2012, waarin de verschillen in de praktijk nader onderzocht werden.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2012

Multiresistente micro-organismen, op hoofdlijnen voor de bedrijfsarts

Jaap Maas

Berichten over multiresistente micro-organismen verschijnen bijna elke week in de media. Naast de reeds langer bekende multiresistente tuberculose en MRSA zien we met enige regelmaat ook ‘nieuwe’ varianten: u herinnert zich de uitbraak van EHEC in Duitsland afgelopen zomer, in september overleed iemand aan een besmetting met ESBL, en ook de Oxa-48 Klebsiella pneumoniae in het Maasstad Ziekenhuis te Rotterdam is herhaaldelijk in het nieuws geweest. Sinds Darwins survival of the fittest weten we dat resistentievorming in feite een aanpassingsmechanisme is. Verontrustend is echter de snelheid waarmee resistentievorming zich tegenwoordig voltrekt. 1 Antibioticaresistentie houdt in dat een bacterie bestand is tegen een bepaald antibioticum. De oorzaak van de resistentie is meestal menselijk gedrag: 1. in sommige landen worden antibiotica op grote schaal toegepast, bijvoorbeeld in Amerika;


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2018

Werknemers en kinkhoest: criteria voor vaccinatie

Fleur Meerstadt; Jaap Maas; Helma Ruijs; Hans van Vliet

SamenvattingRecent verscheen op verzoek van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid het advies van de Gezondheidsraad (GR): Werknemers en kinkhoest: criteria voor vaccinatie.1 Hieronder volgt een korte weergave van dit advies, aangevuld met achtergronden en de betekenis voor de bedrijfsgeneeskundige praktijk.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2018

Een verstoorde afweer als risicofactor voor het optreden van een beroepsinfectieziekte

Jaap Maas

SamenvattingBedrijfsartsen worden in hun dagelijkse praktijk regelmatig geconfronteerd met werknemers met een medische aandoening waarbij er sprake is van een verhoogde gevoeligheid voor biologische agentia. De bedrijfsarts kan een uitspraak moeten doen over de vraag of de huidige werkzaamheden passend zijn of niet.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2017

Gevolgen van MRSA-dragerschap bij gezonde varkensboeren

Jaap Maas

SamenvattingStaphylococcus aureus is de veroorzaker van verschillende infecties, variërend van onschuldige (huid)infecties zoals impetigo en furunkels tot ernstige osteomyelitis en pneumonieën. Er zijn aanwijzingen voor een associatie tussen chronisch LA-MRSA-dragerschap bij gezonde personen en 1) een verhoogde infectiekans en 2) een verminderde kwaliteit van leven. 20-60% van de Nederlandse varkensboeren is langdurig besmet met LA-MRSA. Het onderzoek vond in deze groep plaats.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2017

Twee richtlijnen voor registratie: Q-koorts en lymeziekte

Jaap Maas; Bas Sorgdrager

SamenvattingQ-koorts en lymeziekte zijn vaak onderwerp van gesprek in de media en vragen over deze infectieziekten zullen zich regelmatig voordoen in de spreekkamer van bedrijfs- en verzekeringsarts. Het NCvB heeft twee registratierichtlijnen gepubliceerd voor het melden van deze aandoeningen als beroepsziekte. In dit artikel beschrijven we de epidemiologie van beide aandoeningen en recent geformuleerde maatregelen. Voor verdere verdieping en afwegingen voor melding verwijzen we naar www.beroepsziekten.nl/registratierichtlijnen.


Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Verzekeringsgeneeskunde | 2016

Het Zikavirus: bedrijfsgeneeskundige begeleiding van werknemers werkzaam in Zuid- en Midden-Amerika en het Caraïbisch gebied

Jaap Maas; Fleur Meerstadt-Rombach; Martin Grobusch

SamenvattingIn korte tijd heeft het Zikavirus zich over grote delen van Zuid- en Midden- Amerika en het Caraïbisch gebied verspreid en zijn naar schatting miljoenen mensen besmet. Hoewel een causaal verband nog niet is bewezen, zijn er sterke epidemiologische aanwijzingen voor een relatie tussen besmetting met het Zikavirus en microcefalie bij pasgeborenen. Daarnaast zijn neurologische complicaties beschreven. Bedrijfsartsen die te maken hebben met werknemers uit de aangedane gebieden en/of die expats begeleiden kunnen met vragen te maken krijgen. In dit artikel geven wij een kort overzicht van de situatie wereldwijd en doen wij enkele aanbevelingen voor de bedrijfsgeneeskundige praktijk.

Collaboration


Dive into the Jaap Maas's collaboration.

Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar

Harry Stinis

University of Amsterdam

View shared research outputs
Top Co-Authors

Avatar
Top Co-Authors

Avatar

Paul Kuijer

VU University Amsterdam

View shared research outputs
Researchain Logo
Decentralizing Knowledge